Windturbines van schimmel en bamboe

Het team van professor Valeria La Saponara, expert in composietmaterialen aan de Universiteit van Californië – Davis, onderzoekt innovatieve toepassingen voor mycelium. Mycelium is het netwerk van schimmeldraden, of de zwamvlok, waar paddenstoelen als vrucht op groeien. Er bestaat een grote variëteit aan schimmels, die kunnen groeien op basis van allerlei soorten reststromen zoals koffiegruis, cellulose en zelfs plasticafval. Door het mengsel van mycelium en biomassa in een mal te gieten, kan het in specifieke vormen gekweekt worden om bijvoorbeeld lampenkappen of isolatiematerialen te produceren. Zulk myceliummateriaal is biologisch afbreekbaar en onder de juiste omstandigheden kan het zelfs zichzelf herstellen, ontdekte een Belgische onderzoeker.

De impact van wieken

Schimmeldraden hebben dus potentieel voor heel wat toepassingen, inclusief de wieken van windturbines. Nu bestaan die doorgaans uit composietmaterialen op basis van glasvezel en hars met een skelet van balsahout om de vereiste sterkte, levensduur en flexibiliteit te verkrijgen. Maar composietmateriaal is lastig te recycleren en de grote vraag naar balsahout zet druk op de tropische regenwouden waar het geoogst wordt. Het transport van de grondstoffen en afgewerkte producten zorgt bovendien voor bijkomende uitstoot van broeikasgassen. Mycelium zou daarentegen op locatie gekweekt kunnen worden. Dat maakt het misschien ook interessant om windenergie snel in te schakelen bij natuurrampen in afgelegen gebieden.

Tests en commercialisatie

Vooraleer we windturbines met myceliumwieken zien, is er nog veel onderzoek nodig. Het team van La Saponara experimenteert nu met verschillende combinaties van schimmels en substraten. Voor de eerste ontwerpen kweekten ze mycelium in biomassa afkomstig van lokale landbouw, maar ze testen ook of textielafval een geschikt medium is. Recent bouwde het team een prototype met bamboe als structurele elementen. Dat zullen ze testen op een nabijgelegen commerciële turbine met een vermogen van 1 kilowatt. Het doel is windsnelheden van 135 km/u te weerstaan, dan achten de onderzoekers het concept klaar om samen met bedrijven te beginnen werken aan de commercialisatie.