Partnerinterview

Wereldprimeur: Elia Group realiseert eerste interconnector tussen twee offshore windparken

50Hertz, de Duitse zusteronderneming van de Belgische transmissienetbeheerder Elia, heeft een wereldprimeur beet. In de Baltische Zee realiseerde het samen met zijn Deense tegenhanger Energinet de Combined Grid Solution (CGS), een interconnector die de elektriciteitsnetten van Duitsland en Denemarken verbindt via twee offshore windparken. “Zonder hybride projecten als dit is de energietransitie niet mogelijk.”

Ellen Vervoort | 15 oktober 2020
Hoogspanningskabels Elia
© Elia

De Europese energiemarkt raakt steeds meer geïntegreerd. Via interconnectoren (gedeelde stroomkabels tussen nationale netten) kunnen netbeheerders uit verschillende landen gemakkelijker elektriciteit uitwisselen en de stroom halen waar die het goedkoopst is. In een wereld met een groeiend aanbod hernieuwbare, decentraal opgewekte energie, is dat een must. België is al langer elektrisch geconnecteerd met Nederland en Frankrijk. Sinds het begin van 2019 verbindt de onderzeese Nemo Link-kabel het Belgische energienet met dat van Groot-Brittannië. Eind dit jaar zal met het ALEGrO-project ook de eerste Belgisch-Duitse interconnector een feit zijn.

Maar met het Combined Grid Solution-project in de Baltische Zee zetten 50Hertz en Energinet nog een grotere stap in de ‘vermazing’ van het elektriciteitsnet. Onderzeese kabels met een capaciteit van 400 megawatt verbinden het Duitse offshore windpark Baltic 2 (288 megawatt) met het Deense offshore windpark Kriegers Flak (600 megawatt).

Henrich Quick, hoofd offshore projecten bij 50Hertz: “De transmissiecapaciteit van de kabelverbindingen wordt maximaal benut. De groene stroom van de windturbines krijgt altijd voorrang. Maar als de transmissiecapaciteit tussen de windparken niet volledig wordt benut, gebruiken we de interconnector ook om elektriciteit tussen Duitsland en Denemarken te verhandelen, afhankelijk van de vraag. Zo slagen we erin om hernieuwbare energie beter in het elektriciteitsnet te integreren en de bevoorradingszekerheid in beide landen te vergroten.”

Wat is vermazing?

Het Europese elektriciteitsnet ondergaat een immense transformatie. Netbeheerders zoals Elia en 50Hertz investeren zowel op land als op zee volop in het elektriciteitsnet om grote volumes aan hernieuwbare energie tot bij de consument te brengen. Tegelijk worden interconnecties gebouwd tussen de Europese lidstaten om de energiestromen ook internationaal te verhandelen. Door deze evoluties raakt ons elektriciteitssysteem steeds meer vermaasd wat goed is voor de stabiliteit van het net.

Hybride projecten

“Offshore ontwikkeling is een belangrijke bouwsteen in de transitie naar een koolstofneutrale maatschappij in 2050”, stelt Henrich Quick. “Volgens een rapport van Wind Europe, de Europese federatie van de windindustrie, heeft Europa een offshore windpotentieel van 450 gigawatt in 2050, waarvan 212 gigawatt in de Noordzee kan worden gerealiseerd en 83 gigawatt in de Baltische Zee. Ook het Internationaal Agentschap voor Energie ziet offshore projecten als de toekomst van de energiesector. Offshore windenergie heeft een competitieve marktprijs en is betrouwbaar qua technologie en netontwikkeling.”

De capaciteit aan offshore windenergie zal de komende jaren dan ook razendsnel groeien, voorspelt Daniel Fraile, hoofd van Market Intelligence bij Wind Europe. “Naar schatting zal in 2030 20 tot 25 procent van de elektriciteitsvraag worden ingevuld door windmolenparken. Via hybride projecten kunnen we het aantal landingspunten (waar offshore stroom aan land komt, red.) en connecties minimaliseren, met als gevolg een maximale benutting van de stroomkabels en andere infrastructuur.”

Europees kader dringt zich op

De Combined Grid Solution is slechts één manier om windparken en de energiemarkten efficiënt met elkaar te verbinden. Ondertussen werken transmissienetbeheerders en ontwikkelaars ook aan andere configuraties en technologieën. Henrich Quick: “Het project op Kriegers Flak is een eerste proof-of-concept en laat ons toe om lessen te trekken voor de toekomst op het vlak van technologie en beleid.”

Op de koppeling van twee energiemarkten via het interconnecteren van internationale offshore windparken, was het Europese beleidskader onvoldoende voorbereid. Daniel Fraile pleit daarom voor afspraken op Europees niveau: “Hoewel de beleidskaders in Denemarken en Duitsland al sterk overlapten, botsten 50Hertz en Energinet toch op enkele muren. Als Wind Europe zochten we mee naar een oplossing die voor iedereen werkt. Dat is gelukt, maar voor de toekomst is een nieuw en gericht beleidskader op nationaal en Europees niveau nodig, waarbinnen hybride projecten zoals de CGS kunnen bestaan.”

Maritieme ruimte

Zodra die beleidskaders er zijn, kunnen andere projecten volgen. Ook in de Noordzee is vermazing noodzakelijk, al zijn de omstandigheden voor onze kust niet evident. “In de Noordzee hebben we te maken met een zandige bodem, sterke stromingen en veel wind aan het wateroppervlak. De Baltische Zee is veiliger en flexibeler om te werken”, zegt Henrich Quick.

Ook de complexiteit van de maritieme ruimte maakt het er niet gemakkelijker op. Visserij, militaire operaties, natuurgebieden, logistiek en transport hebben allemaal hun stukje zee nodig om te kunnen bestaan. Toch behoort België qua offshore windcapaciteit tot de top vijf in de wereld. Volgens Jan Vande Putte, energie-expert bij Greenpeace, mag dat succesverhaal gerust wat meer in de verf gezet worden: “De Belgische Noordzee wordt heel intensief gebruikt en toch slaagt ons land erin hoge toppen te scheren op het vlak van offshore windenergie. Elia en de overheid leveren daarin erg constructief werk.”

Vande Putte ziet hybride projecten als de CGS als een noodzakelijke stap: “Met een sterke groei in de windenergiecapaciteit op zee in het vooruitzicht, moeten we waken over de impact op natuur en omgeving. Een goed georganiseerde vermazing van het netwerk zorgt ervoor dat we meer halen uit de infrastructuur en dat er geen grootschalige energie-eilanden moeten worden gebouwd. Maar de impact op de natuur moeten we blijven monitoren. Ook moeten de verzamelde data en kennis op internationaal niveau worden uitgewisseld. De Belgische kennis over de Noordzee is heel uitgebreid. Daar moeten we iets mee doen. Alleen zo kunnen we de impact op de natuur minimaliseren.”

Meer verbindingen op til

De Combined Grid Solution is klaar voor gebruik, al laat de lancering nog even op zich wachten. Door de coronamaatregelen konden noodzakelijke tests niet worden uitgevoerd zoals gepland. De partners verwachten dat de hybride interconnector vanaf midden december operationeel zal zijn.

Ondertussen exporteert Elia Group zijn praktijkervaring naar andere landen en staan er al andere projecten op til. Hansa PowerBridge, een interconnector van 700 megawatt tussen Duitsland en Zweden voor de uitwisseling van respectievelijk wind- en waterkracht, moet uiterlijk 2026 klaar zijn. En in België is Elia gestart met de ontwikkeling van een bijkomend stopcontact op zee dat de offshore windparken van de tweede concessiezone moet aansluiten op het elektriciteitsnet aan land. “Ook aan een vermaasd netwerk op het land blijven we werken om elektriciteit efficiënt over het continent te vervoeren”, besluit Henrich Quick.

Probeer Susanova gratis uit!

Wilt u meer dan alleen nieuws? Al onze plusartikels, reportages en analyses lezen? Kies dan voor een proefabonnement van een maand!