HP: “Met 3D-printing kunnen bedrijven opnieuw meer lokaal produceren”
Bij HP denk je spontaan aan laptops, printers en de bijbehorende accessoires. Maar wist je ook dat de computerreus een van de voortrekkers is van 3D-printing op industriële schaal? Koen Van Beneden, CEO van HP Belux: “Vlaanderen staat veel verder dan andere landen op het vlak van 3D-printing.”
Het klinkt tegenstrijdig, maar een 3D-printer heeft iets artisanaals, zelfs al is het pure toptechnologie. De industriële machine van 2 à 3 meter breed en 1,5 meter hoog print het product laag per laag. Na enkele uren heb je een afgewerkt artikel in handen.
Niet alleen fascinerend om naar te kijken, het is ook duurzaam. Koen Van Beneden, CEO van HP Belux: “Wij hebben er bewust voor gekozen om een technologie te ontwikkelen waar geen lasers aan te pas komen. Het enige wat je nodig hebt om het product te printen, is poeder, gemaakt van de kunststof polyamide. Het grote voordeel is dat je zo geen afval produceert. En je print wanneer je het nodig hebt, waardoor overproductie tot het verleden behoort.” De geprinte artikelen zijn bovendien recycleerbaar, al kunnen ze op dit moment nog niet hergebruikt worden als grondstoffen voor 3D-printing. “Dat is de volgende stap.”
Massaproductie is mogelijk
De HP-printers staan onder andere bij Materialise in Leuven in Zigzagg in Aalter. “Het is een goed bewaard geheim, maar Vlaanderen behoort tot de wereldtop op het vlak van 3D-printing. We staan een pak verder dan andere landen.” De grootste afnemer is de medische sector, die onder andere nood heeft aan heup- en schouderimplantaten op maat. Ook bedrijven kloppen bij Materialise en Zigzagg aan voor prototypes. Het is veel eenvoudiger en goedkoper om een prototype te laten printen dan eerst nog een mal te laten maken. Daarnaast zijn gepersonaliseerde schoenzolen en beugels een potentiële afzetmarkt.
Voorlopig is 3D-printing nog relatief kleinschalig. Toch is massaproductie wel degelijk mogelijk. “Tijdens de eerste maanden van de coronacrisis hebben we bijvoorbeeld een miljoen teststaafjes geprint omdat er een tekort aan was.”
Veerkracht voorop
Momenteel bieden Materialise en Zigzagg 3D-printing voornamelijk as a service aan, omdat veel bedrijven nog aarzelen om te investeren in een eigen machine. “De grootste struikelblok is dat het nog traag gaat. Meer en meer ondernemingen zien echter de voordelen ervan in, zeker als ze hun waardeketen willen verduurzamen. Door zelf een 3D-printer aan te kopen, kunnen ze opnieuw lokaal produceren.” Van Beneden denkt in de eerste plaats aan het printen van wisselstukken. “Door bijvoorbeeld de best verkochte wisselstukken lokaal te printen, help je de klant sneller verder en verminder je je CO2-voetafdruk gerelateerd aan transport.”
De coronacrisis heeft de drang naar lokale productie nog meer aangewakkerd. “Onze huidige productiestromen zijn ‘hard’ gecodeerd. Als er meer vraag naar een bepaald product is, zoals naar mondmaskers, zijn we in de meeste gevallen afhankelijk van Azië. 3D-printen is een van de manieren waarmee we Europese bedrijven veerkrachtiger kunnen maken. In discussies met onze klanten ging het een jaar geleden steevast over kostenefficiëntie. Nu staat veerkracht voorop.”

Het is een goed bewaard geheim, maar Vlaanderen behoort tot de wereldtop op het vlak van 3D-printing.
Oude cd’s en kapstokken
Veel experts hebben de laatste maanden geopperd dat we onze economie robuuster kunnen maken door de materialenkringlopen te sluiten. Ook daar zet HP op in. Gerty Seutens, Category Manager Business Desktops, Notebooks & Mobility: “Alles begint bij ecodesign. Zo zijn de meeste van onze laptops gemaakt uit aluminium, dat 100 procent recycleerbaar is. Bovendien gebruiken we steeds meer magnesium. Dat materiaal kan eveneens volledig gerecycleerd worden en is zelfs nog een tikje steviger.”
Volgens HP is het belangrijk om goed na te denken alvorens een nieuw materiaal te introduceren. “Een tijdje geleden sprak iedereen over carbon. Het grote voordeel is dat het je laptop superlicht maakt, wat goed is voor de CO2-voetafdruk tijdens het transport. Na verdere analyse bleek echter dat de kunststof moeilijk te recycleren is. Carbon is overigens brozer. Dan is de afweging voor ons snel gemaakt”, aldus Van Beneden.
Daarnaast integreert HP steeds meer gerecycleerde materialen in zijn producten: van laptops over displays tot rugzakken. Seutens: “In de productie van onze cartridges worden al jaren oude kapstokken en oceaanplastic gebruikt. Vandaag bestaan ook onze laptops voor een groot deel uit gerecycleerd materiaal. De achterkant van de toetsen in onze keyboards zijn bijvoorbeeld gemaakt van gerecycleerde cd’s.”
Energie-efficiëntie is een ander facet waarin de elektronicagigant investeert. “We werken aan slimme technologieën die ervoor zorgen dat laptops de energie die ze verbruiken, kunnen doseren. Kijk je naar een webinar, dan heb je minder stroom nodig dan wanneer je een tweede scherm aansluit. De computer detecteert bovendien wanneer je even van je bureau weggaat en valt dan automatisch in slaapstand”, zegt Seutens.

In de productie van onze cartridges worden al jaren oude kapstokken en oceaanplastic gebruikt.
Inzameling afgedankte elektronica
Uit cijfers van Recupel blijkt dat het aantal ingezamelde elektroapparaten of e-waste jaar na jaar stijgt, al kan het nog altijd beter. Seutens:“We hebben verschillende oplossingen om bedrijven te stimuleren hun oude pc’s terug te sturen. Ze krijgen bijvoorbeeld een korting op hun volgende aankoop. Daarnaast bieden we devices as a service aan. In die kostprijs is het ophalen van oude pc’s ingegrepen.” De HP-laptops en andere apparaten worden zo op een veilige en duurzame manier gerecycleerd of klaargemaakt voor hergebruik.
Consumenten zijn moeilijker te bereiken. “Via inzamelpunten in winkels krijgen we veel cartridges terug. Maar het kan nog eenvoudiger. Zo kan de printer van de consument ons automatisch een signaal sturen wanneer de inkt bijna op is. Wij sturen dan nieuwe inktpatronen op, met een verpakking om de oude cartridges terug te zenden. Sinds we die dienst aanbieden, zamelen we veel meer inktpatronen in. De conclusie is dus duidelijk: maak het de consument zo gemakkelijk mogelijk.”